Warning: this is a beta environment for demonstration purposes

dataset

Draagkracht bodem

Deze kaart is door Deltares ten behoeve van de Atlas Natuurlijk Kapitaal opgesteld (2015).

Draagkracht wordt gedefinieerd als de mate waarin een bodem ongevoelig is voor zetting (zakken van het maaiveldniveau) als gevolg van bovenbelasting door bijvoorbeeld ophoging bij bouwrijp maken, ondiep gefundeerde gebouwen, zandbanen voor wegen en dijklichamen. Bovenbelasting leidt tot compactie van het klei/veenpakket, waardoor de grond wordt samengedrukt en de maaiveldhoogte daalt. Zetting is feitelijk een factor in bodemdaling. De term zetting wordt hier in relatie tot draagkracht gebruikt. Dus, des te minder gevoelig een gebied voor zetting is als gevolg van bovenbelasting, des te draagkrachtiger de ondergrond daar is, en daarmee relatief geschikter voor de aanleg van bebouwing en constructies. De goede bouwgronden zijn stabiele zandgronden met veel draagkracht voor constructies. Slappe gronden met een geringe draagkracht, die gevoelig zijn voor zetting en waarin (niet goed gefundeerde) constructies kunnen wegzakken, bevatten veel klei en veen.

De zettingenkaart:
Zetting door bovenbelasting Wanneer op het maaiveld een bovenbelasting wordt aangebracht zal de onderliggende grond samengedrukt worden. Bovenbelastingen zijn bijvoorbeeld ophogingen bij bouwrijp maken van terreinen, zandbanen voor wegen, dijklichamen, maar ook ondiep gefundeerde gebouwen. Werkwijze Uitgangspunt is de aanname dat het gehele oppervlak van Nederland opgehoogd wordt met een 1 meter dikke laag ophoogzand met een volumieke massa van 16 kN/m2. Het is dus een uniforme belasting, randeffecten worden genegeerd. In iedere kolom van een 3D voxel (“volume pixel”) model van de ondiepe ondergrond (tot 20 m onder maaiveld) wordt een 1-dimensionale zettingsberekening uitgevoerd volgens de samendrukkingsformule van Koppejan. Dit model, bestaande uit voxels van 100 *100 * 0,5 m (l*b*h) is een geostatistische interpretatie van alle in het ‘Data en Informatie Nederlandse Ondergrond’ (DINO) aanwezige boringen. Er wordt gebruik gemaakt van een vereenvoudigde lithologie: onderscheiden worden zand, klei en veen. Aan deze lithologieën zijn samendrukkingseigenschappen toegekend, ontleend aan Tabel 1 van de norm NEN 6740. De hieruit berekende zetting na 40 jaar (theoretisch einde van de zetting) is gebruikt om een kaartbeeld te maken van de zettingsgevoeligheid. De resultaten van de berekeningen zijn weergegeven als hoogteverandering ten opzichte van de huidige hoogte van het maaiveld.

Distributions (4)

ArcGIS Server Map service layers: Draagkracht

accessPoint

HTML http://creativecommons.org/publicdomain/mark/1.0/deed.nl Public domain
Draagkracht

accessPoint

OGC:WMS http://creativecommons.org/publicdomain/mark/1.0/deed.nl Public domain
DRAAGKRACHT gecomprimeerde GeoTIFF

accessPoint

ATOM http://creativecommons.org/publicdomain/mark/1.0/deed.nl Public domain
Gegenereerde grafische weergave

Dit is een grafische representatie van de dataset die via het NationaalGeoregister.nl aangeboden wordt.

Het is mogelijk dat deze grafische representatie geen weerspiegeling van de data is, maar dient als ondersteunende afbeelding. Indien de dataset via een OGC:WMS service aangeboden wordt, is het mogelijk om zelf een grafische weergave van de dataset te genereren.

PNG http://creativecommons.org/publicdomain/mark/1.0/deed.nl Public domain